Vitrine
← Praktische informatie

Lenen

Eindelijk! Je hebt de woning van je dromen gevonden. Alles klopt: de ligging, de functionaliteit, de grootte, het uitzicht, de afwerking etc. De initiële euforie wordt echter meestal snel getemperd wanneer we op het vlak van de prijs en de financiering komen. Een woning kopen (of bouwen) blijft een extreem dure aangelegenheid, die de rest van je leven bepaalt of verandert. Waar kan ik lenen? Kan ik dat wel terugbetalen? Betaal ik niet teveel interest? Welke formules bestaan er? Vitrine.be loodst je door het complexe landschap van de hypotheeklening.

Waar lenen?

Voor de meesten onder ons is de hypothecaire lening een noodzakelijk kwaad. We kunnen natuurlijk van familie (ouders of schoonouders bijv.) geld ontlenen, maar de meeste kandidaat-kopers en -bouwers stappen naar hun financiele instelling. Banken, spaarbanken, verzekeringsmaatschappijen en kredietverstrekkers, allen hebben ze wel de juiste lening voor jou.

Neem echter niet klakkeloos alles voor waar en ga eens vergelijken. Wellicht bots je op één of ander verschil, bijvoorbeeld in rentevoet en tarifering. Het kan dus zeker de moeite lonen verschillende instellingen en formules met elkaar te vergelijken.

↑ Naar boven

Hoeveel lenen?

Geld dat je ontleent, moet je ook kunnen terugbetalen. Er zijn dus een aantal praktische grenzen aan de grootte van de som die je kunt ontlenen zonder achteraf in de problemen te komen. De grootte van de lening wordt uiteraard bepaald door de prijs en/of de waarde van de eigendom en de som die je er zelf kunt instoppen. Belangrijker is echter de vraag of je een bepaalde lening wel aankan.

Een regel die vaak gehanteerd wordt, is de 33 procent-regel. Deze stelt dat je nooit meer dan 1/3 van je beschikbaar gezinsinkomen mag voorzien voor de terugbetaling van een lening.

Natuurlijk kunnen zich tijdens de looptijd van de lening gebeurtenissen voordoen waardoor de terugbetaling makkelijker wordt: loonsverhogingen en promoties, erfenissen etc.

↑ Naar boven

Risico's beperken

Meestal wordt een lening afgesloten wanneer alles goed gaat in het leven. Daar kan echter verandering in komen. Wat gebeurt er bij jobverlies, ziekte, ongeval, echtscheiding, overlijden?

Hoed je dus voor een al té zware leninglast. In elk geval moet je een Schuldsaldoverzekering afsluiten. Zoals de naam het zegt zorgt deze verzekering ervoor dat mocht één van de twee partners overlijden, de bank de helft van de lening voor haar rekening neemt (50/50 formule). Sta je in voor 80% van het gezinsinkomen, neem dan liever een 80/20 formule, waarbij de bank 80% van de lening voor haar rekening neemt mocht je overlijden. De kleine premie die je voor een dergelijke verzekering betaalt komt je nachtrust ten goede.

De Vlaamse regering heeft een tegemoetkoming ter bevordering van de aanschaf van een eigen woning: de verzekering gewaarborgd wonen. Deze verzekering is gratis en beschermt je tegen eventuele terugbetalingsproblemen. Informeer wel vooraf naar de voorwaarden, modaliteiten en beperkingen van de polis. Meer info vind je bij de Vlaamse Overheid op www.wonenvlaanderen.be.

Een andere verzekering die je hiervoor kunt afsluiten is de verzekering gewaarborgd inkomen. Deze wordt vaak afgesloten door zelfstandigen en door bedrijven ten gunste van hun topmedewerkers.

Ook in deze materie geldt dat het advies van een specialist goud waard is.

↑ Naar boven

Welke lening kiezen?

Vaste rentevoet

Bij een lening met vaste rentevoet betaal je voor een stuk zekerheid. De formule is duurder, maar verrassingen zijn dan ook uitgesloten. Je weet vooraf wat je maandelijks zal moeten betalen, en dit voor de gehele looptijd. Er is wel een nadeel: als de rentevoeten zakken en je wil niet voor de rest van je leven teveel betalen, dan bestaat er de mogelijkheid om je lening te herzien en te vervangen door een nieuwe, aan een lagere vaste rentevoet. Dit kost echter geld en de procedure is nogal omslachtig.

Variabele rentevoet

Wie durft kan kiezen voor een variabele rentevoet. Van bij de start liggen de maandelijkse terugbetalingen lager. En wanneer de rentevoeten nog dalen, doe je extra voordeel. De rentevoeten worden op bepaalde tijdstippen herzien en aangepast aan de algemeen geldende tarieven.

Semi-vast/variabel

Een combinatie van bovenstaande. De rentevoeten zijn bijvoorbeeld vast voor een bepaalde periode (bijv. 10 jaar). Nadien worden ze aangepast. De schommelingen van de rentevoeten (zowel naar boven als naar beneden) zijn beperkter dan bij een lening met variabele rentevoet en de uitersten zijn meestal vooraf vastgelegd.

Aanpassen van de rentevoet

Bij leningen met variabele rentevoet wordt vooraf vastgelegd wanneer de rentevoeten zullen herzien en aangepast worden. Dit kan elk jaar, om de twee jaar, om de drie jaar, om de vijf jaar. Je kan ook kiezen voor een eerste aanpassing na 5 of 10 jaar, en daarna telkens na 1 jaar bijvoorbeeld. Alles is een kwestie van afspraak. Vergeet echter niet: hoe hoger de variabiliteit (bijvoorbeeld jaarlijkse aanpassingen) hoe lager het tarief, maar hoe groter het risico naar de toekomst!

Constante kapitaalterugbetaling of degressief tarief

Bij de bovenstaande formules (vast, variabel, semi) betaal je in de eerste jaren vooral interest. Het duurt daarom enkele jaren vooraleer je "vooruitgang" ziet. Zoals de naam het zegt, betaal je bij de degressieve formule in het begin veel terug, maar die bedragen verminderen naarmate de terugbetaling vordert. Naar het einde van het contract wordt bijna niets meer terugbetaald. Dit komt omdat bij deze formule van bij het begin constant een deel van het kapitaal wordt terugbetaald, samen met de interesten. In het begin zijn dit interesten op het volledige kapitaal. Verder verminderen deze interesten, omdat ook het kapitaal steeds vermindert. Vooral in het begin mag je de last van een dergelijke terugbetaling niet onderschatten!

↑ Naar boven

De kosten van een lening

Aan het afsluiten van een hypothecaire lening zijn een aantal kosten verbonden. Hou rekening met volgende bedragen:

  • éénmalige bankkosten verbonden aan het afsluiten van de lening
  • notariskosten: deze kosten omvatten de registratierechten, het hypotheekrecht, het ereloon van de notaris en de forfaitaire minimum aktekosten.
  • schattingskosten
  • de kosten van je schuldsaldoverzekering (afhankelijk van het onleende bedrag)
↑ Naar boven